illustratie: Maria Carluccio |
Ga eerst maar eens goed zitten, billen op de stoel, bank of grond en voeten op de grond. Je kunt dit trouwens ook liggens doen, in je bed of op de bak bijvoorbeeld. Op het moment dat je inademt stel je je voor dat je in het reuzenrad zit. Adem in via je neus en naar je buik. Bij het begin zit je onderin, en de hele inademing ga je langzaam naar boven. Als je buik vol met adem zit, hou je je adem even vast en stel je je voor dat het ruzenrad even stilstaat, om iemand anders in te laten stappen. En dan ga je met een uitademing weer naar beneden. Je blaast uit via je mond. Als je buik leeg is, hou je dit even vast zodat er weer iemand in kasn stappen. Inademen, naar boven, vasthouden, uitademen naar beneden, vasthouden. In, hou vast, uit, hou vast. Maak op deze manier een aantal rondjes in je reuzenrad. En kijk intussen maar eens goed om je heem wat je allemaal ziet, wiehoeoeoe!
Meer over ademspel en ademspel-ideeën vind je bovenaan de pagina als je klikt op het label 'ademspel'.